Bereidingswijze
Maak het deeg:
Klop het ei en de suiker in een kom tot een licht schuimig mengsel.
Voeg de yoghurt of kefir toe en meng goed.
Voeg de vanille (indien gebruikt) en een snufje zout toe.
Voeg de droge ingrediënten toe:
Voeg de gist toe en begin beetje bij beetje de bloem toe te voegen, onder voortdurend roeren met een lepel of spatel.
Als het deeg dikker wordt, kneed het dan met je handen tot het zacht maar niet plakkerig is. Je hoeft niet alle bloem te gebruiken.
Vorm de koekjes:
Neem kleine balletjes deeg (ter grootte van een walnoot).
Rol ze door de kristalsuiker en leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat, met een beetje ruimte ertussen.
Druk ze lichtjes aan met je vingers of de onderkant van een glas.
Bakken:
Bak ze in een voorverwarmde oven op 180 °C gedurende ongeveer 12-15 minuten of tot de randen net beginnen te bruinen. Ze moeten in het midden nog licht en zacht zijn.
Afkoelen:
Laat ze afkoelen op een rooster. Ze zullen iets steviger worden, maar van binnen nog zacht en chewy.